De naam van de nieuwe lening, SDG 12.3, is een verwijzing naar de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties, ook bekend als de ‘Sustainable Development Goals’. Dit twaalfde doel gaat over verantwoorde productie en consumptie, waaronder ook het tegengaan van voedselverspilling.
In 2030 moet voedselverspilling in winkels en bij consumenten met de helft zijn teruggedrongen, volgens deze doelstelling. Gaat dat ook lukken in Nederland? Demissionair minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit liet vorig jaar in een kamerbrief weten dat gemiddeld 96 tot 149 kilo voedsel per persoon werd verspild in 2018.
Nu zijn deze cijfers gebaseerd op wat er aan afgedankt voedsel in allerlei afval zit, en het is nog niet mogelijk om alleen voor huishoudens een exact cijfer te bepalen. Dat gaat in de komende jaren worden verbeterd.
Verder hebben vorig jaar een aantal Nederlandse supermarkten – Albert Heijn, Aldi, Jumbo, Lidl en PLUS – zelf bijgehouden hoeveel voedsel zij verspilden. Deze supermarkten hebben samen een marktaandeel van 77,5%.
Naar schatting van de Wageningse universiteit, die deze cijfers analyseerde, komt 10% van wat er totaal wordt verspild aan voedsel in Nederland voor rekening van supermarkten. De producten die daar het meest in de afvalbak terechtkomen zijn brood, afbakbrood en banket.
SDG 12.3 lening: minder voedselverspilling
Ook Ekoplaza is van plan de eigen voedselverspilling nog beter te monitoren . Het bedrijf gaat de SDG 12.3 lening van de Rabobank hiervoor inzetten. Pieter Bos, directeur bij Rabobank Wholesale en relatiemanager van Ekoplaza, verstrekte deze lening aan het bedrijf.
Zo’n dertig jaar geleden begon Ekoplaza als buurtwinkel in Amsterdam, en tegenwoordig is het de grootste biologische supermarktketen van Nederland, met circa 85 vestigingen.
Voor het beter monitoren van voedselverspilling krijgt Ekoplaza hulp van de Rabobank. “We doen al veel, maar we weten nog onvoldoende wat er allemaal gebeurt,” stelt Erik Does, CEO van Ekoplaza. “Dus dit is een mooie stok achter de deur voor ons om die voedselverspilling nog beter in kaart te brengen.”
Het is nieuw voor Ekoplaza om zo met een bank op te trekken, maar ook voor Rabobank is dit een primeur. “Dit soort leningen waarbij klanten beloond worden met een lagere rente als ze hun duurzaamheidsdoelen halen, bestond al. Maar wij hebben daar nu deze variant rond voedselverspilling aan toegevoegd,” legt Bos uit.
De essentie van deze nieuwe lening is dat de Kritieke prestatie-indicatoren, ofwel KPI, van een onderneming een directe afgeleide is van SDG 12.3 en dat de wereldwijde standaard voor meten wordt doorvertaald.
Bos vervolgt: “Samen met mijn collega’s Margit van den Berg van Sustainability en Oyumaa de Jong van Debt Capital Market hebben we hiervoor nauw samengewerkt met de wereldwijde coalitie Champions 12.3 en de Nederlandse stichting Samen tegen Voedselverspilling.”
Er zijn in Amsterdam allerlei initiatieven om voedselverspilling tegen te gaan, zoals Instock dat onder meer dozen met geredde groenten en fruit verkoopt en waar je heerlijke gerechten mee kunt maken.
Voedsel verspillen is geld verspillen
Volgens de Rabobank gooien consumenten in Europa elk jaar voor 30 miljard euro aan voedsel weg. Bij producenten en distributeurs verdwijnt nog eens 60 miljard euro aan voedsel in de vuilnisbak.
Maar ook zijn de grondstoffen voor het maken van dit voedsel voor niets gebruikt. Denk daarbij aan gas en stroom voor het verwarmen en belichten van kassen. Water en mest om groenten en fruit te telen. Brandstof om voedsel te vervoeren. En alle CO2-uitstoot waarmee dit gepaard gaat.
Elke kilo weggegooid voedsel is dus weggegooid geld . Vandaar dat de Rabobank warm loopt voor dit thema. Deze bank heeft wereldwijd miljarden euro’s aan krediet uitstaan bij bedrijven die voedsel verspillen: van boeren en tuinders tot supermarkten. Hoe meer voedsel zij verkopen, hoe meer omzet zij draaien. En des te sneller kunnen zij geleend geld aan de bank terugbetalen.
Oplossingen voor voedselverspilling
Analisten van Rabobank Food & Agribusiness Research zijn dus druk in de weer om oplossingen in kaart te brengen voor het tegengaan van voedselverspilling. Zo kunnen tuinders en boeren in Europa 5 miljard euro besparen met innovaties op het gebied van oogsten en opslag.
Betere verpakkingen van voeding kunnen 2,5 miljard euro besparen aan voedselverspilling, en het beter monitoren van de versheid van producten doet een zelfde duit in het zakje.
Ook organiseerde de Rabobank een hackaton, waar hackers en data-experts keken hoe ze apps kunnen ontwikkelen om mensen te helpen thuis minder voedsel te verspillen.
De Rabobank verstrekte eerder al leningen met een lagere rente aan bedrijven die voedselverspilling aanpakken, toen de bank daar nog geen speciale lening voor had. Dit betreft de zogeheten impactlening die aan te vragen is door allerlei duurzame bedrijven. Lenen kan vanaf 250.000 euro tot een bedrag van 7,5 miljoen euro, met een rentekorting tot 0,65%.
De Verspillingsfabriek verwerkt bijvoorbeeld overtollig voedsel tot smaakvolle soepen en sauzen. Met een lening van 2 miljoen euro is deze fabriek gebouwd. Ook duurzame eierproducent Kipster ontving een impactlening van de Rabobank om hun concept uit te bouwen. Zij voeden hun kippen met etensresten , wat ook bijdraagt aan het voorkomen van voedselverspilling.